Sinds enige tijd woon ik weer in Nederland, en dat is een interessante ervaring. Soms voel ik mij als de cultureel antropoloog die in de binnenlanden van Nieuwe Guinea ontdekt dat de locals peniskokers dragen.
Zo ben ik in het kader van de inburgering in mijn nieuwe/oude vaderland lid geworden van twee verenigingen die een VOG, een Verklaring Omtrent het Gedrag, noodzakelijk maken.
In België, dat exotische land ten zuiden van Nederland, kun je een uittreksel van het strafblad downloaden van het gemeentelijke internet.
Dat is in Nederland natuurlijk een stuk beter geregeld!
Om te bewijzen dat je niks verkeerds gedaan hebt, moet je in Nederland €40,- per keer aftikken, maar dan heb je ook wat. Een document met golvend watermerk, een Rijks logo, mooie nummers, opschijnend onder UV licht, pico bello. En dan ook nog alles vertaald in het Engels. Alles uitgegeven door Justis, de Nederlandse Screenings Autoriteit.
Inderdaad, een screeningsautoriteit. Het valt onder de Minister voor Rechtsbescherming maar is onafhankelijk, dus je bent er als minister niet verantwoordelijk voor, en de democratische controle is afwezig, wel zo handig.
Verder als business case natuurlijk fantastisch, de Staat bepaalt wanneer je een VOG nodig hebt, Justis levert het en jij betaalt. Dat is een stuk beter geregeld dan in België, waar dit zomaar gratis is!
Over de democratische controle op deze Screeningsautoriteit is helaas weinig te vinden, maar dat zal aan mij liggen.
Overigens is Justis niet de enig dienst van Minister Grapperhaus die ons in de gaten houdt, er is ook nog de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). De NCTV houdt ons ook in de gaten door te speuren in allerlei databanken om te kijken of we niet staatsbedreigende gedachten ontvouwen. Dit gebeurt niet op ons eigen verzoek, maar op initiatief van de NCTV zelf wordt informatie van burgers verzameld en gedeeld met overheidsorganisaties.
De NRC onthulde dit en nu is Minister Grapperhaus zelfs op het idee gekomen, je bedenkt het niet, om het verzamelen van gegevens over ras, geloofsbeleving en politieke voorkeur een wettelijke basis te geven.
De Autoriteit Persoonsgegevens (AP)-alweer een autoriteit! – vindt dit overigens geen goed idee omdat de Minister niet duidelijk maakt wanneer mensen in aanmerking komen om door de NCTV te worden onderzocht.
Dat kan de Minister of het NCTV helemaal zelf beslissen. Dit voorstel is overigens al door de Tweede Kamer aangenomen en kan alleen nog maar door de Eerste Kamer worden gestopt.
Een paar vragen dringen zich wel op.
Ten eerste, welke slaappil hadden de leden van de Tweede Kamer genomen op het moment dat ze de wet op de NCTV goedkeurden? Bij ontstentenis van een Constitutioneel Hof moet de Tweede Kamer toch de grondrechten van de Nederlandse burger bewaken?
Ten tweede, is Minister Grapperhaus in de eerste plaats een minister van Veiligheid of van Justitie?
De vragen stellen is de vragen beantwoorden. Nee, de Kamer bewaakt niet de rechten van de burger maar veeleer de presentie in talkshows. En Grapperhaus is een opsporing Minister, geen Minister die de rechtsstaat bewaakt als de keuze tussen die twee moet worden gemaakt. Een zekere spanning tussen opsporing en justitie is niet erg niet erg zolang er maar twee aparte ministers verantwoordelijk zijn. Maar dat is juist niet het geval in Nederland, en dat is een probleem, want met de twee petten van Grapperhaus komt het bewaken van de rechtsstaat in het gedrang.
Het zou dan ook goed zijn dat in de huidige formatie wordt besloten dit Ministerie weer te splitsen. Als we naar een situatie gaan dat de overheid zijn eigen burgers in de gaten houdt, is een onafhankelijke Minister als verdediger van de rechtsstaat toch wel een fijn idee.